Goede dag, slechte dag

Geen materiaal
Mondeling
30 min

Doelstellingen

De deelnemer kan intonatie gebruiken om een boodschap te versterken.

Voorbereiding

Oefen de dialoog in eerste instantie in een neutrale sfeer. De deelnemers kunnen zich concentreren op de woorden en zinnen. Voeg de gemoedstoestand toe als ze de dialoog goed beheersen, zodat ze zelfverzekerd genoeg zijn om te improviseren en hun intonatie te gebruiken.

Instructies

  • Verdeel de groep in een binnenste en een buitenste cirkel.
  • Vertel de binnenste cirkel dat ze buschauffeurs zijn, in een goed humeur.
  • Vertel de buitenste cirkel dat ze passagiers zijn, in een slecht humeur.
  • Laat de passagiers een ticket kopen.
  • Verander de gemoedstoestand: bestuurders in een slecht humeur, passagiers in een goed humeur, iedereen in een goed humeur en iedereen in een slecht humeur.

Variant

Verander de rollen: ouder – kind, buren, verkoper – klant…

Afsluiting

Deel en schrijf nieuwe woorden en zinnen op die in de dialogen naar voren kwamen.