Doelen
De deelnemer kan een eenvoudig gedicht van elf woorden schrijven, gebaseerd op een zogenaamd kwintijn.
Een kwintijn is een kort gedicht dat bestaat uit vijf regels, die niet hoeven te rijmen.
Regel A 1 woord, een vaag of algemeen woord over het gekozen onderwerp.
Regel B 2 woorden, die het onderwerp beschrijven.
Regel C 3 woorden, werkwoorden die bij het onderwerp passen.
Regel D 4 woorden, die het gevoel over het onderwerp beschrijven.
Regel E 1 woord, een specifieke term die meer uitleg geeft over regel
A.
Voorbeelden
Watermeloen
Sappig, zoet
Druipen, slurpen, smakken
Eten maakt een knoeiboel
Vrucht
Sneeuw
Lieflijk, wit
Valt, danst, zweeft
Bedekt alles op aarde
Deken
Kasteel
Sterk, mooi
Imponeert, verdedigt, overschouwt
Symboliseert rijkdom en macht
Burcht
Materiaal
Pen en papier
Voorbereiding
Verzamel enkele gedichten om als voorbeeld te dienen.
Instructies
- Lees samen de voorbeeldgedichten.
- Leg uit wat een ‘elf’ of kwintijn is.
- Verdeel de groep in duo’s.
- Leg een thema op, of laat de duo’s zelf een eigen thema kiezen.
- Als alle duo’s klaar zijn met het schrijven van hun gedicht, kunnen de deelnemers hun gedichten aan elkaar voorlezen.