Doelen
De deelnemer kan nieuwe woorden onthouden.
Materiaal
- Dagelijkse of themagerelateerde objecten.
- Pen en papier
Voorbereiding
Verzamel een dozijn voorwerpen en leg/zet ze op tafel.
Instructies
- Vorm een cirkel rond de tafel.
- Benoem de voorwerpen één voor één.
- Laat de deelnemers elk woord herhalen.
- Geef ze een minuut om te memoriseren wat er op tafel ligt.
- Vraag een deelnemer om de klas te verlaten, neem een voorwerp weg en roep de deelnemer terug in het lokaal.
- Vraag hem/haar welk voorwerp er ontbreekt.
- En zo verder, tot elke deelnemer aan de beurt is geweest. Doe zelf ook mee.
Variant
- Dek voorwerpen af.
- Verdeel de groep in duo’s.
- Vraag de duo’s om een lijst van alle voorwerpen te maken. Het eerste duo
dat alle voorwerpen heeft opgeschreven, wint.